Een wandeling nummer 100 betekent bij de HH een mooi moment om een boekdrukker in de arm te nemen en de 100 verslagen in een naslagwerk op papier het licht te laten zien. En in dit geval wordt dat dan boel nummer 6, waarmee het aantal gebundelde wandelingen op zeshonderd komt te staan. Met gepaste trots en blijdschap doet het ons deugd u deelgenoot te mogen maken van dit heugelijke feit. Maar eerst moet er natuurlijk nog gewandeld worden. En bij een speciaal moment hoort volgens de HH ook een gepaste wandeling. In de loop der jaren zijn al diverse abdijen en kloosters bezocht en maakten we, waar mogelijk, gebruik van de te aldaar aangeboden bieren en bijpassende versnaperingen. Vorige week kwamen we tot de conclusie, dat de abdij van Berne van de Witheren (of Norbertijnen zoals sommigen zeggen) iets passends zou kunnen zijn. Per slot van rekening moeten Groene HH en Witheren vast wel iets gemeen hebben. Zo gezegd, zo gedaan. HF haalde HH op en samen op pad naar Heeswijk Dinther. HH had veel goed nieuws te vertellen, dus de tijd vloog. Bij een stilstaande rijdende wegafzetting zagen we, dat iemand zijn auto keurig in volle vaart in de kreukelzône van de waarschuwingsauto had geparkeerd. De airbags hadden gewerkt. Niet lang daarna kon HF de auto bij de abdij parkeren. De breeduit fietsende dames werden voor lief genomen. Na de schoenenwissel en een inspectie door HH van het struweel werd de wandeling begonnen. Dat HH zijn riem was vergeten kon en mocht de pret niet drukken. Ook al omdat de weersvoorspellingen uitstekend waren. Langs de winkel en het proeflokaal, dat we later zouden gaan bezoeken. Het viel de HH meteen op, dat men in dit dorp qua woningen best trots mag zijn. Karton zet men ritueel bij de weg en de kleuterjuf zegt het lekker niet, want het is een verrassing. De HH zagen wel, dat er chips en limonade in de kar werd meegenomen. Niet veel later verlieten we de bebouwde kom. Maisvelden en een aantal boerderijen alsmede enkele jeugdige schoolgangers waren de zaken die opvielen en na de Koekebakkers staken we de viaductsgewijs de A50 over.
Over een hek klimmen hoefde niet, want er was een kunstzinnige trapconstructie en zo ging het op naar een stukje modderpad. Gelukkig werden we van de zwanen en hun kroost gescheiden door een redelijk breed stukje water.
De aan de oever van de Aa vredig herkouwende koeien bleven dat doen ondanks onze aanwezigheid en passage. De negerende houding heerste ook bij de koeien bij de boerderij verderop en tevens bij de ezels nog weer verderop. Het deerde ons niet zozeer en daar was plotsklaps onze eerste ontmoeting met Veghel. Daar heeft men er plezier in om de mensheid te waarschuwen voor een spoorlijn, het Duits Lijntje.
Sommige stukken ontbreken en gebruikt wordt het niet meer, maar goed, grappig is het wel natuurlijk. Het kanaal oversteken ging ons goed af, maar de weergoden hielden zich niet aan de afspraken. Weliswaar slechts motregen, maar wel van een aanhoudende soort. Het industrieterrein, dat we doorkruisten, droeg niet heel veel bij aan de feestvreugde, maar het gerestaureerde spoorwachtershuisje was wel leuk om te zien. En het feit, dat we werden uitgenodigd voor een recreatie- of lunchwandeling. Een stukje daarvan integreerden we in onze wandeling. Dat ging door kuithoog gras.
Een aantal schapen waren uitgenodigd om voor inkorting te zorgen, maar men wachtte ons al liggend op vlak bij het einde van het traject en het gras: het groeide door. Allemaal prima. Onder de A50 door en na nog zo'n 200 meter en we werden door de bomen verlost van de neerslag. Het pad, dat we nu volgden, zorgde er wel voor, dat we weer eens een reden hadden om de broeken aan de wasmachine toe te vertrouwen. Maar daar zijn die voor natuurlijk. De indruk, die het het Groene Woud en met name het Wijboschbroek op ons maakte was erg prettig.
Inmiddels begonnen onze maagjes een beetje te knorren. De jacht op een zitplek werd geopend. HH dacht tijdens een fata morgana een bankje te zien, maar helaas. Niet lang daarna deed erg zich wel een echte uitrust- en eetplek voor en de HH maakten er dankbaar gebruik van. De regen had plaats gemaakt voor een ietwat drukkende warmte en de rest van de tijd was het T-shirt time. Toeval of niet: beide HH een blauwe. Na de pauze volgde een stukje langs de vaart en even later de oversteek daarvan. Niet alleen de HH deden aan recreatie. Op de Aa deden een aantal personen dat in een achttal kano's onder het genot van muziek en wat drankjes. Het ouderpaar en hun drie jonge kinderen zagen de lol daar niet van in. De HH naderden Heeswijk Dinther en het laatste stukje van nummer honderd was begonnen.
Maar de HH konden het niet laten om nog even de Mariakapel te bezichtigen en ook het kerkhof van de Sint Willibrorduskerk een bezoekje te brengen. Kort daarna was de koek op en werden de vuile schoenen verruild voor schone. En op naar het proeflokaal om naar onze mening welverdiende bieren van de abdij te proberen. Het werden Berne blond, wit en dubbel vergezeld van kaas, worst en pinda's. Voluit eerden we de spreuk: "Vier Het Leven",
zoals die in het lokaal prijkt. Tante Mar stapte het lokaal binnen en zei gedecideerd, dat zij een triple wilde. Zo geschiedde ook. HH vroeg zich af, of de kerk van de abdij ook voor trouwen en dergelijke gebruikt wordt. HF dacht stellig van niet, maar even later kwam er een bruidspaar in een koets en bleek er dus wel degelijk dat soort activiteiten plaats te vinden. Al met al kijken de HH met een brede glimlach om de mond terug op dit avontuur.